donderdag 26 januari 2012

Wetenschap voor sporters

Veel sporters zijn niet zo geïnteresseerd in leren uit boeken. Veel wetenschappers sporten te weinig. Af en toe komen wetenschap en sport bij elkaar en worden er allebei beter door.
Zo hebben wetenschappers al ontdekt dat je hersenen beter werken als je regelmatig sport. Nu hebben ze uitgevonden hoe je beter kunt sporten.

Voor veel balsporten, zoals voetbal en basketbal, is het scoren het belangrijkst van allemaal. Wetenschappers hebben allebei die sporten bekeken en manieren bedacht om vaker te scoren.

Bij voetbal hebben ze gekeken naar de keeper. Vooral bij een strafschop is de afstand tussen het doel en de bal zo klein, dat de keeper nooit op tijd kan reageren. Hij moet dus al naar één kant duiken voordat de voetbal op hem af komt. Wetenschappers hebben bekeken of het beter is om naar links of naar rechts te duiken en wat blijkt? De keeper kan het best blijven staan! De meeste ballen gaan een beetje langs het midden, dus als de keeper blijft staan, kan hij twee keer zo veel ballen tegenhouden als wanneer hij naar één kant duikt.

Bij basketbal hebben ze gekeken naar hoe vaak een team kansen krijgt om te scoren. Ze hebben een som gemaakt en daaruit blijkt dat spelers vaker moeten proberen te scoren. Hoe vaker je het probeert, hoe meer je scoort. Als een speler de bal krijgt, moet hij meteen beslissen om hem door te spelen, zelf te schieten op de basket of met de bal te gaan lopen. Wetenschappers zeggen dus dat de speler beter meteen kan schieten als hij binnen bereik is.

Toch gebruiken veel sporters die kennis niet. Waarschijnlijk omdat het natuurlijk helemaal niet stoer is voor een keeper om de hele tijd stil te staan. Basketballers vertrouwen ook meer op hun gevoel wanneer ze de bal hebben. Misschien moeten ze meer vertrouwen op de wetenschap...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten